Balans

De balans is een overzicht van alle bezittingen en schulden van een onderneming op een bepaald moment. De balans kent twee kanten: links alle bezittingen, ook wel de debetkant genoemd, en rechts alle schulden (onderverdeeld in eigen- en vreemd vermogen), ook wel de creditkant genoemd. De debetkant bij elkaar opgeteld dient dezelfde uitkomst te hebben als de creditkant: met andere woorden; deze moeten in ‘balans’ zijn.

De debet- en creditkant van een balans wordt vaak op de volgende manier onderverdeeld:

Debet:

  • Vaste activa zijn grofweg alle bezittingen die langer dan één jaar in het bezit van de onderneming blijven, en kan onderverdeeld worden in:
    • Materiële vaste activa zijn alle tastbare bezittingen, zoals gebouwen, machines, inventaris, enz.
    • Immateriële vaste activa zijnalle niet-tastbare bezittingen, zoals goodwill, vergunningen, patenten enz.
  • Vlottende activa zijn alle bezittingen met een kortlopend karakter en kan worden onderverdeeld in:
    • Voorraden
    • Debiteuren
    • Nog te ontvangen bedragen (denk aan een nog te ontvangen belastingteruggave)
  • Liquide middelen zijn alle geldelijke middelen die direct beschikbaar zijn, zoals kasgeld of bankrekeningen.

Balans boekhouden

Credit:

  • Eigen vermogen is het vermogen dat door de eigenaar is ingebracht in de onderneming. Het staat aan de creditkant van een balans, omdat het feitelijk een ‘schuld’ is van de onderneming aan de eigenaren. Eigen vermogen kan onderverdeeld worden in:
    • Gestort en opgevraagd kapitaal bestaat uit het aandelenkapitaal wat de aandeelhouder(s) hebben ingebracht, al dan niet reeds betaald (‘gestort’).
    • Agio bestaat uit het bedrag dat aandeelhouders meer hebben betaald dan de aandelen feitelijk waard zijn.
    • Herwaarderingsreserve bestaat uit vermogen dat is ontstaan doordat bepaalde activa zoals gebouwen of productiemiddelen in waarde toenemen.
    • Wettelijke en statutaire reserve zijn overige wettelijke verplichte en in de statuten vermelde reserves. Deze reserves moeten een bepaalde grootte bereikt hebben voordat zij mogen worden uitgekeerd als winst.
    • Overige reserves zoals bijvoorbeeld dividend.
    • Onverdeelde winst bestaat uit de positieve uitkomst van de winst-en-verliesrekening welke niet wordt uitgekeerd.
    • Saldo verlies bestaat uit de negatieve uitkomst van de winst-en-verliesrekening.
  • Lang vreemd vermogenzijn de leningen die voor langer dan één jaar zijn aangegaan, en kunnen worden onderverdeeld in:
    • Hypothecaire leningen zijn leningen met onroerend goed als onderpand, zoals gebouwen of grond.
    • Onderhandse leningen zijn leningen waarbij de onderneming geldt leent van een andere partij dan een bank. Het verschil met een obligatielening is dat er sprake is van direct contact tussen de geldlener en geldgever.
    • Obligatieleningen zijn feitelijk verhandelbare ‘schuldbekentenissen’ die door de onderneming zijn uitgegeven om aan financiering te komen.
    • Voorzieningen zijn voorzienbare uitgaven waarvan echter de exacte hoogte en het tijdstip van uitgave nog niet bekend zijn.
  • Kort vreemd vermogen bestaat uit vermogen dat in principe niet langer dan één jaar aanwezig is binnen een onderneming, en kan worden onverdeeld in:
    • Kortlopende kredieten zijn alle (bank)leningen die binnen een jaar terugbetaald dienen te worden.
    • Leverancierskrediet (of crediteuren) bestaat uit bedragen die nog niet direct zijn betaald, maar waarvoor al wel goederen of diensten zijn ontvangen.
    • Afnemerskrediet bestaat uit  bedragen die reeds betaald zijn door afnemers maar waarvoor de producten en diensten nog verstrekt moeten worden door de onderneming.

Reacties zijn gesloten.